Onderhoud kapitaalgoederen

Waarin dient deze paragraaf inzicht te geven?

In de paragraaf onderhoud kapitaalgoederen geven wij een dwarsdoorsnede van de meerjarige uitgaven voor het uitvoeren van onderhoud. Deze uitgaven zijn opgenomen in de verschillende programma’s en producten van de begroting. Deze uitgaven worden vanuit een vooraf vastgesteld beleid uitgevoerd waarvan de uitgangspunten in deze paragraaf zijn opgenomen. Wij maken onderscheid in kapitaalgoederen in de openbare ruimte en gebouwen.

Openbare ruimte

Alles uitklappen
Kerncijfers openbare ruimte

Onderstaande tabel geeft een overzicht van de kerncijfers openbare ruimte.

Categorie

Product

Element

Aantal

Eenheid

Straten, wegen, pleinen

20

Verharding

531

ha

Kunstwerken

124

st

Straatreiniging

21

Verharding

506

ha

Groen

659

ha

Openbare verlichting

22

Lichtmasten

18.500

st

Lichtarmaturen

18.680

st

Parkeren

23

Parkeerplaatsen

2.200

st

Parkeergarages

4

st

Fietsenstalling

2

st

Haven en waterwegen

25

Ligplaatsen

53

st

Groen

28

Groen en natuur

650

ha

Bomen

70.000

st

Bermen

127

ha

Speelgelegenheden

30

Speelplekken

328

st

Riolering en water

32

Riolering

789

km

Kunstwerken

905

st

Aansluitingen

44.910

st

Begraafplaatsen

33

Begraafplaatsen

5

st

Verkeerstechniek

34

VRI

50

st

Beweegbare objecten

4

st

Civieltechnische kunstwerken

38

Bruggen

160

st

Tunnels

6

st

Viaduct

12

st

Kade

1.200

Sluiscomplex

1

st

Sportaccommodaties

241

Sportpark

6

st


Beleidskader

De kwaliteitstoestand van de openbare ruimte heeft in Deventer veel aandacht van de burgers en het bestuur. Dit is niet vreemd aangezien de kwaliteitstoestand van deze ruimte het veiligheidsgevoel van de gebruikers sterk beïnvloedt. De beleving van de burgers wordt tweejaarlijks onderzocht met de leefbaarheidmonitor. Binnen dit onderzoek is een specifieke indicator opgenomen voor verloedering van de fysieke ruimte, die direct beïnvloed wordt door de staat van onderhoud. In de programmabegroting hebben wij verschillende beoogde maatschappelijke effecten gesteld, die onder andere betrekking hebben op het belevingsaspect.

Om deze maatschappelijke effecten te realiseren willen wij met onze kapitaalgoederen in de openbare ruimte de volgende prestaties bereiken:

  • het in 2017 realiseren van het vastgestelde minimale onderhoudskwaliteitsniveau voor de gemeente Deventer voor het aspect heel conform het uitvoeringsprogramma visie leefomgeving;
  • het in 2017 realiseren van het vastgestelde minimale onderhoudskwaliteitsniveau voor de gemeente voor het aspect schoon (reiniging) conform het uitvoeringsprogramma visie leefomgeving;

Het minimale onderhoudskwaliteitsniveau is de minimale basiskwaliteit die wij als gemeente de inwoners willen bieden. Waar mogelijk maken we gebruik van de beeldmeetlatten die het CROW heeft ontwikkeld (landelijke systematiek). Deventer baseert de basiskwaliteit op 4 criteria:

  1. Minimale technische of wettelijke eisen;
  2. Kapitaalvernietigingsniveau;
  3. Leefbaarheid;
  4. Functionaliteit.

Op deze basiskwaliteit kan een plus worden gezet door de samenleving / inwoners dan wel door de Raad.

Hiermee voldoen wij aan de minimale eisen van de zorgplicht en treedt er geen kapitaalsvernietiging op. Door dit minimum niveau kan niet uitgesloten worden dat lokaal de openbare ruimte tijdelijk wel onder het onderhoudskwaliteitsniveau terecht komt. Wij monitoren het onderhoudskwaliteitsniveau op basis van de CROW meetlatten en aangevuld met visuele en / of technische inspecties. Met dit instrument kunnen wij beoordelen in hoeverre de openbare ruimte voldoende aansluit bij de wensen van de burger. Onvoldoende onderhoud kan leiden tot meer (schade) claims en financiële risico’s. Wij hebben de komende jaren geen onderhoudsprojecten voorzien waarvoor geen dekking is. Wel is tijdspreiding noodzakelijk terwijl technisch gezien iets eerder wenselijk zou zijn. De veiligheid staat echter niet onder druk. Wel kan er vanuit het MJOP-MIND niet meer bijgedragen worden aan algemene ontwikkelingen in verband met de consequenties van de bezuinigingen “ Kwestie van Kiezen1 en 2’. Technische noodzaak zal prioriteit krijgen.

Op langere termijn is er onvoldoende geld om de openbare ruimte met een waarde van ruim € 1 miljard euro te vervangen. Dit komt doordat de openbare ruimte vaak is aangelegd met eenmalige middelen (bijvoorbeeld subsidies). Daarom zijn de kapitaallasten om op termijn deze openbare ruimte te vervangen niet structureel in de begroting opgenomen. Met deze problematiek zullen de meeste gemeenten in Nederland te maken krijgen in het komende decennium, zeker als de economische groei uitblijft. In het uitvoeringsprogramma is de strategie uitgewerkt hoe de gemeente Deventer wil omgaan met deze problematiek.

Straten, wegen en pleinen – product 20

In 2017 wordt 5,3 miljoen m2 areaal aan straten, wegen en pleinen beheerd. Het beleid voor 2017 is gericht op een gemiddeld onderhoudskwaliteitsniveau sober voor de gehele stad voor zowel de aspecten heel als schoon. De elementenverharding (stoepen, tegels, klinkers) zal iets onder niveau sober worden onderhouden, omdat hier nog enige ruimte zit tussen niveau sober en het kapitaalsvernietigingsniveau. Het beleid in 2017 en verder is net als voorgaande jaren erop gericht om qua planning en financiële dekking zoveel mogelijk mee te liften met infrastructurele ontwikkelingen (herstructurering en aanpassingen in het kader van de hoofdwegenstructuur) die onder andere programma’s plaatsvinden (bijvoorbeeld: verdubbeling Hanzetracé en de kruising Zutphenseweg-Hanzeweg). Uiterlijk april 2017 zijn de klein onderhoudsplannen jaarschijf 2017 voor de onderdelen asfalt, belijning, bebording, wegmeubilair en kunst opgesteld. Verder zal jaarschijf 2017 van het MJOP-MIND 2013-2017 worden gerealiseerd.

Openbare verlichting – product 22

Op termijn geldt voor het complete areaal van de openbare verlichting dat deze op voldoende kwaliteitsniveau wordt onderhouden. In 2017 zal het beheer van openbare verlichting op het onderhoudskwaliteitsniveau sober worden gerealiseerd voor de gehele stad. Uiterlijk april 2017 zijn de klein onderhoudsplannen jaarschijf 2017 voor de openbare verlichting opgesteld. Dit onderhoud zal op die wijze worden georganiseerd dat te allen tijde een voldoende groot aantal lichtmasten brandt. In 2017 zal het onderhoud conform het uitvoeringskader plaatsvinden. De uitvoering vindt plaats door een externe partij.

Groen, natuur en recreatie – product 28

Het zwaartepunt bij openbaar groen ligt in het dagelijks onderhoud. Het openbaar groen zal op kwaliteitsniveau sober worden onderhouden. De huidige begrotingsmiddelen zij voldoende om het kwaliteitsniveau sober in de komende jaren te garanderen. De werkzaamheden worden in 2017 uitgevoerd door Het Groenbedrijf binnen een vastgestelde dienstverleningsovereenkomst.

Voor het onderhoud van bermen stellen wij vanuit verkeersveiligheidsoptiek €12.500 extra budget beschikbaar. Voor onkruidbestrijding wordt na een ingroei vanaf 2019 structureel €200.000 extra budget beschikbaar gesteld. Voor nadere toelichting zie hoofdstuk financiële uitkomsten.

Openbare speelgelegenheden – product 30

De kwaliteit van de speelvoorzieningen voldoet aan het “attractiebesluit”. Met de in 2010 vastgestelde “Visie op Spelen; samen spelen kun je overal” zet de gemeente in op beleid dat gericht is op onderhoud en het voor alle leeftijdscategorieën inrichten van openbare speelplekken. Het beleid voor onderhoud zal in de jaren 2013-2017 gericht zijn op veiligheid en het waardevast in stand houden van de openbare speelgelegenheden op het onderhoudskwaliteitsniveau sober voor de aspecten heel en schoon. Wel zal in het kader van zelfbeheer een traject worden gestart waarbij bewoners meer de gelegenheid krijgen de verantwoordelijkheid voor het beheer over te nemen. Dit maakt onderdeel uit van de gedachte om gemeenschappelijke wijkvoorzieningen te centraliseren en maakt onderdeel uit van de visie Eigen kracht.

Riolering en water – product 32

Het beleid voor riolering en waterbeheer ligt vast in het gemeentelijk rioleringsplan (GRP) 2010-2015. In het GRP zijn doelen opgenomen die moeten waarborgen dat het rioolstelsel in Deventer en de ontvangende wateren voldoet en blijft voldoen aan respectievelijk de zogenaamde “basisinspanning” en aan het waterkwaliteitsspoor zoals geformuleerd in het rapport CUWVO-VI (commissie uitvoering wet verontreiniging oppervlaktewater, werkgroep 6). Voor 2017 zijn er geen aanwijzingen dat de kwaliteit van het onderhoudsniveau zal afwijken van hetgeen in dit rapport is vastgelegd. Uiterlijk april 2017 zijn de kleine onderhoudsplannen jaarschijf 2017 voor de onderdelen riolering, rioolgemalen, pompputten, straatkolken, bergbassins en overstorten opgesteld. In 2017 en verder zal het beheer van de riolering en de waterhuishouding zodanig worden uitgevoerd, dat de openbare ruimte, waarin de riolering zich bevindt, kan worden onderhouden op de vastgestelde onderhoudskwaliteitsniveaus.

Civieltechnische kunstwerken en havengebonden constructies – product 38

Bij de civieltechnische havenobjecten (sluizencomplex, Hanzebruggen en kadeconstructies) was sprake van fors achterstallig onderhoud. De afgelopen jaren is de achterstand ingelopen. De projecten die onlangs zijn uitgevoerd de renovatie van het sluiscomplex (fase 1 en 2), de aanpak van de Pothoofdkade, het herstel van de Wellekade en het vervangen van de wegdekken (beweegbare gedeelten) van de Hanzebrug inclusief bewegingsinstallatie.In 2017 zal een gemiddeld onderhoudskwaliteitsniveau van sober worden gerealiseerd. Uiterlijk mei 2017 zijn de kleine onderhoudsplannen en groot onderhoudsmeerjarenplan jaarschijf 2017 voor de bruggen opgesteld. Het onderhoudsbeleid is er op gericht de havenwerken zo te onderhouden dat de betrouwbaarheid van het functioneren van de infrastructuur voldoende groot is.


Financiële consequenties

Vanaf begin 21e eeuw zijn binnen de gemeente Deventer forse impulsen gegeven aan het verbeteren van de kwaliteit van het onderhoud. Impulsen die substantieel hoger waren dan het normale areaalaccres. Dat neemt niet weg dat Kwestie van Kezen 1 en 2 er fors bezuinigd is. Op dit moment hebben wij geen ruimte meer voor aanvullende kwalitatieve investeringen. Alle middelen zullen moeten worden gebruikt om aan onze zorgplicht (veiligheid) te voldoen en kapitaalsvernietiging te voorkomen.

In de tabel hieronder worden de bedragen voor geprogrammeerd onderhoud (zowel klein als groot onderhoud) in de openbare ruimte gepresenteerd die voor de komende vier jaar zijn geprognosticeerd. De producten parkeren (23) en uitvoering verkeer en vervoerbeleid (26) zijn niet opgenomen.

(bedragen x €1.000)

Categorie

Product

2017

2018

2019

2020

Straten, wegen, pleinen

20

6.947

6.888

6.903

6.898

Straatreiniging

21

2.779

2.779

2.779

2.779

Openbare verlichting

22

885

884

885

885

Haven en waterwegen

25

285

285

285

285

Groen

28

6.161

6.161

6.151

6.126

Speelgelegenheden

30

578

578

578

578

Riolering en water

32

6.637

6.637

6.637

6.637

Begraafplaatsen

33

258

258

258

258

Verkeerstechniek

34

932

932

932

932

Civieltechnische kunstwerken

38

1.097

1.096

1.097

1.098

Sportaccommodaties

241

866

866

866

866

Totaal

27.425

27.364

27.371

27.342


Gebouwen

Alles uitklappen
Kerncijfers gebouwen

Onderstaande tabel geeft een overzicht van het vastgoed in eigendom van de gemeente dat wij als kernbezit aanmerken. Daarnaast hebben wij vastgoed binnen gebiedsontwikkelingsprojecten in ons bezit.

Categorie

Product

Aantal

Culturele huisvesting

230 / 231 / 232

11

Gemeentelijke huisvesting

FZ

4

Sportaccommodaties

240 / 241

7

Huisvesting kind- en jeugdbeleid

211 / 216

7

Huisvesting buurtwerk

221

9

Maatschappelijke opvang

201

2

Brandweer

500

3

Overig

13 / 25 / 28 / 33

21

Totaal

64


Beleidskader

In de kadernota Vastgoed (vaststelling 2015) is vastgesteld dat wij het in eigendom hebben en beheren van vastgoed geen kerntaak vinden (we hebben geen vastgoed, tenzij). Vastgoed is altijd ondersteunend aan het desbetreffende beleidsprogramma.

In 2015 hebben wij een Beheerplan Groot Onderhoud Vastgoed 2016 – 2019 opgesteld. De 64 panden die wij als kernbezit aanmerken onderhouden wij conform dit beheerplan. Aan dit beheerplan ligt een meerjaren onderhoudsplanning (MJOP) ten grondslag. Hiertoe zijn alle panden in 2012 geschouwd. De MJOP’s zijn voor het overgrote deel opgesteld voor de periode 2013 – 2022 en voor een klein deel voor de periode 2015 – 2024. Conform de kadernota is actualisatie van de MJOP’s binnen de termijn aan de orde. Wij verwachten dit in 2018 te gaan doen. Voor de uitvoering van het onderhoud werken wij op basis van de ROZ-modellen (Raad voor Onroerende Zaken). Als verhuurder zijn wij voor het merendeel van onze vastgoedportefeuille enkel verantwoordelijk voor het groot / planmatig onderhoud. Onderhoud aan de panden wordt uitgevoerd volgens MJOP (NEN2767). Ons kernbezit onderhouden wij op conditiescore 3. Een uitzondering hierop zijn de monumentale panden, die wij op niveau 2 onderhouden. Voor panden opgenomen in een gebiedsontwikkeling hanteren wij conditieniveau 4.

Het klein onderhoud ligt in principe bij de huurder / gebruiker. In enkele gevallen hebben wij aparte afspraken met de gebruiker gemaakt en voeren wij (een deel van) het klein onderhoud wel uit. Dit zijn echter uitzonderingen.

De samenstelling van onze vastgoedportefeuille is voortdurend aan verandering onderhevig. Zo houden wij bij het uitvoeren van onderhoud rekening met eventuele sloop of verkoop van panden. Voor deze panden passen wij maatwerk toe. Het slechts in beperkte vorm kunnen uitvoeren van het totaal benodigde onderhoud vormt daarmee een (financieel)risico voor het bezit. Voorwaarde is dat de veiligheid en de wettelijke eisen daarbij worden gerespecteerd, waarmee het gebruik veilig blijft. Het risico op waardevermindering is reëel. Hier tegenover staan de veelal fors lagere boekwaarden ten opzichte van de verkoop- / marktwaarde.

Gemeentelijke huisvesting

Onderhoud aan de af te stoten panden wordt tot het minimaal noodzakelijke gereduceerd. Onderhoudscontracten (liftkeuringen en inspectie van installaties) worden wel uitgevoerd. Vanaf 2016 is het onderhoud voor de huisvesting Stadhuiskwartier structureel geraamd.

Culturele huisvesting

Restauraties van met name monumentale culturele gebouwen behoren niet tot het reguliere onderhoud. Hiervoor zullen de komende jaren aparte verzoeken voor aanvullende middelen worden ingediend.

Sportaccommodaties

Het onderhoud aan sportgebouwen en buitensportaccommodaties wordt conform de meerjarenplanning uitgevoerd.

Onderwijshuisvesting

Per 1 januari 2015 is de gemeente niet langer verantwoordelijk voor het onderhoud aan de schoolgebouwen. Het rijk maakt de gelden rechtstreeks over aan de schoolbesturen. Wel onderhouden wij een aantal gymzalen en peuterspeelruimtes. Deze vallen onder huisvesting kind- en jeugdbeleid.


Financiële consequenties

Het beschikbare budget voor groot onderhoud binnen de programma’s bevat slechts een deel van het totaal benodigde geld voor groot / planmatig onderhoud om de panden te houden op de aangegeven conditiescores (NEN 2767). Om in de toekomst en met de horizon van 10 jaar toch te kunnen voldoen aan het gevraagde onderhoud op basis van de MJOP is in het beheerplan een ingroeimodel vormgegeven. Inhoud daarvan is dat de programma’s in totaal en cumulatief € 80.000 per jaar extra (2014 - 2024) afdragen ten behoeve van het onderhoud. De periode tot en met 2024 wordt financieel overbrugd met de bij de jaarrekening 2015 ingestelde reserve groot onderhoud gebouwen (stand per 1-1-2016 is €2.788.975).

Onderstaande tabel geeft de geplande uitgaven groot onderhoud voor ons kernbezit weer, zoals in het beheerplan voor de periode tot en met 2019 is opgenomen.

(bedragen x €1.000)

Categorie

Product

2017

2018

2019

Culturele huisvesting

230 / 231 / 232

1.219

422

64

Gemeentelijke huisvesting

FZ

557

502

507

Sportaccommodaties

240 / 241

24

20

12

Huisvesting kind- en jeugdbeleid

211 / 216

234

272

242

Huisvesting buurtwerk

221

108

200

15

Maatschappelijke opvang

201

82

47

2

Brandweer

500

98

92

146

Overig

13 / 25 / 28 / 33

550

255

164

Totaal

2.872

1.809

1.152